Hof legt 10 weken cel op voor het niet bellen van 112 in zaak Orlando Boldewijn
Het gerechtshof in Den Haag heeft de 33-jarige Roy B. een aanzienlijk lagere straf opgelegd voor zijn rol bij de dood van Orlando Boldewijn. Het hof veroordeelde B. tot tien weken cel voor het niet verlenen van hulp aan iemand in levensgevaar. Er was 42 maanden geëist, voor mishandeling met de dood tot gevolg. Dat kon volgens het hof niet bewezen worden. Het slachtoffer verdronk in februari 2018 bij de ponton waar B. op woonde, in de Haagse wijk Ypenburg.
B. had op de avond van 18 februari een betaalde seksdate met Boldewijn. Daarna zou hij hem naar de vaste wal hebben gebracht. Het lichaam van de 17-jarige Boldewijn werd acht dagen later door duikers gevonden in de buurt van de ponton waarop de woning van B. staat Het is nog altijd niet bekend hoe het slachtoffer in het water terecht is gekomen.
De rechtbank legde B. in 2020, 44 maanden cel op. Hij ging in hoger beroep maar wilde tijdens het proces geen vragen beantwoorden en beriep zich op zijn zwijgrecht.
Het hof wilde B. tot de maximale straf veroordelen van drie maanden cel voor het niet helpen van iemand in levensgevaar, een overtreding volgens de wet. Het hof vindt de straf „in beginsel passend gelet op de door de verdachte telkens weer getoonde onverschilligheid.” Maar de opgelegde straf valt nu lager uit, omdat B. om bedreigingen is verhuisd en omdat het proces lang heeft geduurd door corona en door het vertrek en ziekte van verschillende aanklagers in hoger beroep.
Slachtofferadvocaat Sébas Diekstra, die de moeder van Orlando bijstaat, laat weten dat de opgelegde straf voor zijn cliënte ‘onvoldoende recht doet aan de zaak’. ,,Zoals het gerechtshof terecht overwoog komt de mate waarin iemand een strafrechtelijk verwijt kan worden gemaakt, niet in alle gevallen overeen met het morele verwijt dat iemand wordt gemaakt.’’